Het Opmerkelijke Verhaal van de Nachtwacht tijdens de Tweede Wereldoorlog

18 mrt , 8:12 Nieuws
image 24 674486d66c035

Onderduiken met de Nachtwacht

In het holst van de nacht werden 'Zwarte Jaap' Beentjes en zijn neef 'Rooie Jaap' plotseling de bewaarders van een van de meest waardevolle schatten van Nederland: de Nachtwacht. Op 23 maart 1942 reed een vrachtwagen hun garage binnen en bracht het beroemde schilderij naar een onverwachte schuilplaats.

Van Castricum naar Heemskerk

De reis van de Nachtwacht begon al eerder, toen het schilderij in mei 1940 niet door de kunstbunker in Castricum paste. Onder dreiging van bommenwerpers werd het opgerold op het grasveld voor het jachthuis van jonkheer Frits Gevers. Een jaar later vond het een tijdelijk onderkomen in Castricum voordat het definitief naar Heemskerk werd verplaatst.

De Atlantikwall en Kunstbunkers

De opkomst van de Atlantikwall dwong een herlocatie van de kunstschatten. Binnen vier maanden werd in de Sint Pietersberg in Maastricht een kluis van 360 vierkante meter uitgehakt, bestemd voor de belangrijkste kunstwerken van Nederland.

Kunst in Oorlogstijd

Op 23 maart 1942 werden de bunkers in Heemskerk ontruimd, met de Nachtwacht en andere kunstwerken die avond te gast bij de familie Beentjes. Opmerkelijke logees vonden tijdelijk onderdak in een garage die normaal voor bussen diende.

Onder Duitse Toezicht

In Maastricht werden de kunstschatten nauwlettend bewaakt, met Nederlands suppoosten die streng toezagen op de veiligheid. Zelfs hooggeplaatste nazi's zoals Friedrich Christiansen werden op afstand gehouden, uit angst voor mogelijke schade aan de kostbare werken.

Terug naar het Rijksmuseum

Na de bevrijding in 1945 keerde de Nachtwacht via een omweg door België terug naar het Rijksmuseum. Met ingehouden adem werd het schilderij uitgerold, ongedeerd ondanks de woelige oorlogsjaren. Zelfs een val van de museumdirecteur kon de Nachtwacht niet beschadigen, en zo overleefde dit iconische schilderij de gruwelen van de oorlog.